Blik op toen gaat dit keer terug naar januari 1967, de tijd waarin de Woenselse Boys een bloeiende voetbalvereniging was maar toch dreigde te verdwijnen. En dat terwijl Eindhoven de titel Sportstad van het Jaar had gekregen.

EINDHOVEN - Al anderhalf jaar zocht de Woenselse Boys, een vereniging met 300 leden en vijftien elftallen, naar een nieuw onderkomen.

Sinds 1950 speelde de club op het prachtige Bara sportpark. Eigenaar was Baekers Raymakers, een van de vele Eindhovense textielproducenten.

Met de textiel ging het in ons land echter na 1960 snel bergafwaarts. Toen de club zich in 1964 meldde bij de Bara om het zelf gebouwde clubhuis te mogen uitbreiden, bleek het bedrijf te zijn verkocht, inclusief de grond van het sportpark.

In 1961 was Baekers en Raymakers gefuseerd met de textielgiganten Elias en de Haes en ging sindsdien verder onder de naam BEHTI. Dit bedrijf werd echter overgenomen door een beleggingsmaatschappij die enkel uit was op geldelijk gewin. De grond van het sportpark lag namelijk dicht bij het centrum van Eindhoven en zou veel rendabeler gemaakt kunnen worden.

En zo gebeurde het dat het huurcontract niet verlengd werd. De Woenselse Boys kreeg tot het einde van het seizoen 1965-1966 de tijd uit te kijken naar een nieuw onderkomen.

Het zou natuurlijk van de zotte zijn wanneer deze vereniging, ontstaan in kapsalon Boomkens aan de Lijmbeekstraat op een steenworp afstand van de Bara fabrieken onder de naam Voetbalvereniging De Scheerkwast, zou moeten verdwijnen. Alleen al het organiseren van het TBC toernooi in de zomermaanden rechtvaardigde het bestaan.

Gelukkig lieten de zusterverenigingen en de gemeente de voetbalclub niet in de steek, al werd er in de eerste helft van 1966 regelmatig de noodklok geluid.

Na wat omzwervingen kreeg voebalvereniging Woenselse Boys haar vaste onderkomen op sportpark De Hondsheuvels aan de Orpheuslaan.

Met de Bara liep het slechter af. Op 19 augustus werd het bedrijf in Eindhoven opgeheven. Het fusiebedrijf ging in 1973 ter ziele.