PSV heeft een zeer belangrijke stap gezet in de jacht op het landskampioenschap. In een voor de neutrale toeschouwer fantastische wedstrijd pakten de Eindhovenaren in blessuretijd de o zo belangrijke drie punten. Hierdoor bedraagt de voorsprong op de aartsrivaal uit Amsterdam maar liefst acht punten.
De doelpunten vielen als rijpe appelen in het Philips stadion waardoor de fans genoten maar de tegendoelpunten deden wel de nodige wenkbrauwen fronsen. Een doelpunt tegen krijgen uit een corner is nog enigszins te billijken aangezien dit altijd kan gebeuren. Echter de twee overige doelpunten ontstonden door foute tactische keuzes aan de zijde van PSV.
Na ieder gescoord doelpunt heeft de verdediging continu de neiging om naar achter te lopen, terwijl de aanval wil jagen op een nieuw doelpunt. Hierdoor wordt het veld te lang waardoor het middenveld overlopen wordt. Helemaal als je in ogenschouw neemt dat Hendrix en Van Ginkel alleen het middenveld bemannen in verdedigend opzicht. Pereiro doet namelijk alleen mee in balbezit, waardoor je als ploeg extreem kwetsbaar bent in de omschakeling.
In de Nederlandse competitie kun je in het merendeel van de wedstrijden op een dergelijke aanvallende manier spelen. Het levert spektakel op, veel goals en een karrenvracht aan punten. In de topwedstrijden en in Europees verband word je doorgaans geslacht door de tegenstander. Gelukkig speelt PSV dit seizoen alleen nog maar in eigen land waardoor je iedere wedstrijd op het puntje van je stoel zit. Cocu moet wat dat betreft de complimenten krijgen omdat hij het heeft aangedurfd zijn team helemaal om te gooien. Vorig seizoen was PSV juist te defensief en kwam het zeer moeizaam tot scoren, waardoor de achterban zelfs openlijk aan de stoelpoten van het clubicoon aan het zagen was.
Cocu bleef niet hangen in zijn eigen waarheid en nam de kritiek van de fans ter harte en bracht de broodnodige wijzigingen aan. Het feit dat je als coach in staat bent om meerdere speltypes in te slijpen in een ploeg toont aan dat je kijk hebt op het spelletje. Wat dat betreft zou een eventuele nieuwe landstitel volledig op het conto mogen komen van de trainer.