De nieuwe carnavalskraker van zanger Jan Biggel doet veel stof opwaaien op sociale media. Het nummer 'M'n Oma Die Heeft 'n Stoma' gaat volgens veel mensen te ver. De carnavalsartiest zelf zegt juist het gesprek over medische problemen te willen openen. ‘Ik maak het bespreekbaar’, aldus de wereldverbeteraar uit Liempde, die bekend is van nummers als ‘Oons moeder zeej nog’ en verder niks.
Jan Biggel vertelt dat ie veel shit over zich heen heeft gekregen met dit nummer, wat meteen ook heel ironisch klinkt. Vooral de zin ‘oma, oma voor deze geur verdien je een diploma’ valt heel slecht bij de luisteraars. Jan Biggel, die zelf geen diploma’s heeft (wel een nieuw gebit, staat ‘m goed overigens) snapt de hele commotie niet. ‘Een komiek mag het over alles hebben op het podium en ik mag hier niet over zingen?’, vraagt Jan zich af. En daar heeft ie uiteraard wel een punt. In het theater lopen ze echter voor dit soort grappen niet in de polonaise. Wat wordt het volgende nummer? Mama heeft een aneurysma? Of ome Peter draagt een katheter? Het heeft niks te maken met de geest van carnaval.
Natuurlijk worden er regelmatig platvloerse nummers uitgebracht, die blootstaan aan kritieken, maar Jan Biggel probeert het op verschillende sociale media platforms allemaal nog te nuanceren ook, waardoor het aantal voor-en tegenstanders alleen maar vermenigvuldigt. Mijns inziens is er altijd nog een groot verschil tussen vulgair (‘Valt er nog wat te naaien’ - Natte Sjaan) of dubbelzinnig (‘En Willem grijpt Marietje van achter bij de schouder’ – Arie Ribbens). Dat laatste past ook wel een beetje bij carnaval. Ik sta hier ook niet helemaal neutraal in natuurlijk. Ik ben nog van de stoffige generatie die Mien Waar Is Mijn Feestneus van Toon Hermans nog steeds op nummer 1 heeft staan. Ik kan het bijvoorbeeld nog steeds niet bevatten dat De Slimste Mens van Nederland met een naam als Snollebollekes (vrij vertaald: uitbreiding van het woord hoer) furore maakt. Dat er nog niemand op het idee gekomen is om in te zien dat zijn enorme succes met een naam als Kempie of Bollekes onverminderd groot zal zijn. Als ik Rob Kemps was zou ik me waarschijnlijk schamen, maar ja, ik ben dan ook niet de slimste mens.
In de loop van de afgelopen decennia was muziek regelmatig aanleiding voor ophef. De teksten van platen of de daar omheen gebrachte zaken konden nogal eens mensen en omroeporganisaties op de kast jagen en de samenleving in beroering brengen, soms gevolgd door een verbod om zo’n nummer op de radio te draaien.
In 1976 bracht komiek André van Duin het carnavalsplaatsje ‘Willempie’ uit en dat veroorzaakte nogal wat commotie. De act die André erbij had was die van een dommig en raar mannetje met een koddig uitziende helm op zijn hoofd. Eigenlijk het soort act waarvan we Van Duin altijd hebben gekend. Maar de familie van een geestelijk gehandicapte wilde een proces aanspannen tegen André van Duin omdat ze vonden dat hij hiermee geestelijk gehandicapte mensen beledigde. Dat was uiteraard niet de bedoeling. Van Duin bood op televisie zijn excuses aan, maar het leed was al geleden.
En Biggel zit nu in eenzelfde situatie. Hij zit flink met die stoma in zijn maag. En hij was gewaarschuwd. Want zijn moeder zeej nog…