Hij maakt iedere ochtend het ontbijt, vult de oudste z’n broodtrommel met boterhammen, fruit en groente, poetst het aanrecht daarna weer proper, hij vervangt de vuilnisbakken en zakken met plastic, pakt de vaatwasser in en uit, zet de juiste containers op tijd aan de straat - welke komt er deze week? - hij staat iedere ochtend, nadat ik om 5.00 uur heb gevoed, op om met de jongste beneden te gaan spelen zodat ik nog een half of op beste dagen een heel uur kan slapen.

Hij kookt iedere avond gezond, laat zonder morren de hond ‘s avonds uit door weer en wind en tilt onze jongens waar ie kan om mijn buik en bekken te ontlasten, hij doet de grote boodschappen, zet alles omhoog in de woonkamer zodat de automatische stofzuiger zijn route kan rijden en terwijl ik dit typ begin ik me ineens af te vragen wat ik dan eigenlijk in hemelsnaam doe in ons huishouden? Voordat je denkt dat ik een lui varken ben: ik doe de was, geen sinecure met jonge kinderen, en ben chef planning van verjaardagen en oppas en het kopen van cadeaus. Kort samengevat: hij doet het doe-werk en ik het denk-werk. En nou weer terug naar wat hij allemaal doet, hij ruimt op waar ik door een of andere gekke visuele overprikkeling in een te rommelig huis dichtsla en niet weet waar te beginnen en dat eerst een uur ga overdenken door wanhopig naar de rommel te staren, begint hij gewoon en is het in tien minuten strakgetrokken. Nou díe hij, die zit dus zes dagen voor werk aan de andere kant van de wereld waardoor ik all of the above deze week zelf moet doen. Het blijkt net als de Dijk zingt, maar dan met omgedraaide genderrollen: ‘een vrouw weet niet wat ze mist, als hij er niet is, weet een vrouw pas wat ze mist’. Het gekke is dat ik me best wel prima red, maar wat ik het allermeeste mis, is ‘s avonds in bed zijn warme lijf tegen het mijne.

dit-dus.nl

Column