Misschien ben jij deze herfs wel van plan om lekker de natuur in te gaan, op zoek naar zwammen en paddenstoelen. Op dit moment schieten ze overal uit de grond in allerlei gedaantes. Soms prachtig, soms vies en lelijk. Herfst is bij uitstek de tijd om die merkwaardige, tot de verbeelding sprekende groeisels te bekijken.

Zomaar op de grond, het lijkt wel wat op de schil van een sinaasappel, schiet de oranje bekerzwam uit de kale grond van een pad. Op de stam van een berk groeit een platte zwam, wit van onder, bruin-beige van boven: de berkenzwam. Oude eiken zijn de gastheer van de zwavelzwam of boskip. De vliegenzwam kan alleen maar groeien op plaatsen waar bomen staan waarmee hij kan samenleven: eiken en berken.

Ondergronds

Elke paddenstoel of zwam van welke grootte of vorm dan ook, groeit uit een zwamvlok. Ook wel mycelium genoemd. Dit is een verzameling van draden die groeien in de humuslaag van het bos, maar ook in een dode of zelfs een levende boom. Onder gunstige omstandigheden groeien uit de zwamvlok vruchten: de paddenstoelen of zwammen. In de paddenstoel rijpen de microscopisch kleine sporen. Ze worden door de wind, insecten of andere dieren verspreid. Als die op een goede plek terecht komen kiemen die sporen, om zo het begin te vormen van een nieuwe zwamvlok.

Wonderlijke bouwsels

Stengels kunnen lang, dun, kort of dik zijn en onder de hoed zijn de verrassingen nog groter. Soms zit er een dicht pakket plaatjes, denk aan de champignons, of een soort spons met vele gaatjes. Maar ook stekels of een heuse doolhof behoren tot de mogelijkheden. En dan is er natuurlijk ook nog een grote verscheidenheid van kleuren en geuren.

Al die verscheidenheid dient ervoor om precies het goede middel aan te trekken om de sporen te helpen verspreiden. Erg leuke paddenstoelen vind ik de bovisten, bolvormige groeisels, die hun sporen verspreiden als ze kapotgetrapt worden door mens of dier. Met een passende naam in het Engels: puffballs.

Oneindig

Naast de gewone paddenstoelen met een hoed en een steeltje zijn er dus nog allerlei andere exemplaren. Wat er op dode bomen en boomstronken aan kleuren, vormen allemaal niet te vinden is. Kleine oranjekleurige knopjes van het meniezwammetje, de berkenzwammen met een diameter tot wel 20 centimeter, de bundels van het elfenbankje, de zware, donkergekleurde, uitbollende groeisels van de jaarlijks zich verder ontwikkelende tonderzwam. Het zijn maar een paar voorbeelden van een bijna oneindige variatie.

Waar?

Natuurlijk in je eigen tuin zijn ze al te vinden. Zeker als je een dood stuk hout in een hoekje hebt liggen. In alle bossen en parken van Eindhoven zijn ze nu te bewonderen, maar ook in de bermen en op sommige bomen langs de straat. Zeker als een boom niet meer zo gezond is, groeien er dikwijls paddenstoelen op het hout. Het Eckartse bos en het terrein van de Grote Beek zijn perfecte plekken om veel verschillende paddenstoelen te vinden.

Niet plukken

Het evenwicht in de natuur wordt verstoord als iedereen het bos ingaat om paddenstoelen te plukken. De zwamvlok breekt tijdens zijn groei alle dode organismen af en maakt er weer bouwstenen van voor het levende groen. Om die keten van groei, afbraak en nieuwe ontwikkeling niet te verstoren, moeten de opruimers hun werk kunnen blijven doen. Tot het opruimersgilde behoren de zwammen. Dus de sporen moeten wel de kans krijgen om zich te verspreiden.

Geniet daarom buiten van de wonderlijke opruimers en aan tafel van de paddenstoelen uit de winkel.