“Toen mijn pa stierf en corona kwam, was ik helemaal klaar met de muziek. Ik had er geen zin meer in. Vijf jaar lang heb ik niet gespeeld. Ook thuis raakte ik geen gitaar aan.” Muzikant en zanger Dylan Adrian van Meurs (35) doorbreekt nu de stilte met een nieuwe band en een eigen sound. “Toen ik eenmaal weer vertrouwen in mezelf had, kwamen meteen de eigen liedjes.”
Door Marjolein van Hoof
“Ik had een zware identiteitscrisis. Zit ik in de muziek omdat ík dat wil of hebben mijn ouders dat voor mij besloten? Ik wist gewoon niet meer wie ik was.”
Dylan komt uit het nest van Ad van Meurs en Ankie Keultjes. In dit muzikantengezin had hij allesbehalve een doorsnee jeugd. “Kroegen waren voor mij al vroeg natural habitat, zeg maar. Mijn ouders waren ook vaak op tour. Ik zeg wel eens gekscherend: ik leerde mijn boterhammen smeren bij de overburen, zij hadden wel een ‘normale familie’. Dit is geen verwijt aan mijn ouders; ik heb gewoon een totaal andere opvoeding gehad.”
Nooit muzikant
“Vroeger zei ik altijd tegen mijn pa: ik word nooit muzikant. Die hippies hebben geen geld; geef mij maar een gewone kantoorbaan.” Dat liep duidelijk anders. “Ja”, knikt hij.
“Ik deed niet veel met mijn leven, behalve skateboarden op het Stadhuisplein en mijn school verklooien. Mijn pa zei: ga nou eens drummen. Ik werd drummer in zijn bluesband Hootenanny Jim. Een jaar later opende het Rock City Institute hier in Eindhoven. Ik deed auditie en werd aangenomen.”
Gitaar
Het was pas tijdens die opleiding dat Dylan meer gitaar ging spelen. “Die verslaving kickte in en ik maakte daar echt werk van. Als een maniak ging ik oefenen, dag en nacht. Een soort inhaalrace: je bent te laat begonnen en nou moet je zo snel mogelijk een goede gitarist worden. Het was ook een soort innerlijke wedstrijd: ik wilde een betere fingerpicker worden dan mijn vader. We hadden sowieso altijd een beetje strijd met elkaar. Ik communiceerde op het podium beter met hem dan in het dagelijks leven.”
Heel tof
Na zijn opleiding speelde Dylan veel gitaar met Fabian Cornelissen. “Voor mij een van de beste gitaristen van Nederland.” Daarnaast was hij drummer in de punkband Fake Billy & The False Prophets. “Hiermee traden we vaak op, hebben al die gekke festivalletjes gedaan, en namen twee albums op. Dat was echt heel tof.”
Intussen bleef Dylan spelen in de band van Ad van Meurs. “Uiteindelijk was pa toch mijn beste werkgever. Hij had gewoon de meeste optredens.”
Eigen sound
Met onder andere Niek van de Klundert, ook bekend als eigenaar van Café De Rozenknop, speelde Dylan in de Mississippi Delta Brothers en later in de JJ Cale Tribute Band. “Dat liep heel goed, dankzij Niek. Hij is niet alleen een geweldige pianist, hij regelde ook alle shit. Met mijn pa speelde ik roots muziek; in de Tulsa Sound van de JJ Cale Tribute band vond ik mijn eigen sound.”
‘Het voelde alsof mijn leven niet van mij was’
Naast zijn leven als muzikant werkte Dylan in Café De Rozenknop. “Met heel veel plezier, maar het was ook een gevaarlijke plek voor me.” Hij wijst naar zijn bierglas.
“Het was een wazige periode. Intussen groeide de onderlinge strijd met mijn pa. Ik had het idee dat mijn leven een constructie was van mijn ouders. Dat is natuurlijk oneerlijk, en ik geef hen nergens de schuld van, maar zo ervaarde ik dat wel. Het voelde alsof mijn leven niet van mij was. Toen mijn pa overleed en die coronashit kwam, was ik helemaal klaar met de muziek.”
Ander leven
Dylan gooide het over een andere boeg: hij werd verhuizer. “Dat was eigenlijk heel fijn. Ik heb jarenlang in de nacht geleefd; nu was het gewoon overdag werken en ’s avonds vrij. Bovendien word je fysiek sterk van dit werk. Het gaf me rust en ruimte om na te denken wie ik nu werkelijk ben.”
De liefde bracht hem terug naar de muziek. Sinds een jaar is hij samen met zangeres Zoë Smit: “De liefde van mijn leven”, straalt hij. “Zij zei: Doe niet zo gek. Je hebt een muzikaal talent en dat kun je niet zomaar weggooien. Langzaam begon ik daar weer in te geloven. Toen het vertrouwen terug was, ging het schrijven van eigen werk veel makkelijker.”
Gas erop
Zijn nieuwe muziek is rauwer dan voorheen, doet af en toe denken aan de rocksound van de Dire Straits. “Meer gas erop”, vat hij het samen. Het resultaat was een paar weken geleden voor het eerst live te horen bij Burgers, waar Dylan optrad met zijn nieuwe band. “Deze bestaat uit Daan van de Vorst, Joni Houtman en Davy Aelmans.”
Ook Zoë zingt mee met een aantal nummers. “In de toekomst gaan we op muzikaal vlak zeker meer samen doen. Mijn droom voor nu is mijn eerste eigen album opnemen. Daar is het tijd voor. Als ik dat heb gedaan, valt er een last van mijn schouders. En natuurlijk wil ik veel optreden. Daarnaast blijf ik voorlopig gewoon verhuizer. Vroeger draaide het muzikantenleven om zuipen en laat opblijven; daar werd ik uiteindelijk niet gelukkig van. Nu gaat het meer om de muziek zelf, niet om de levensstijl. Gewoon met beide benen op de grond blijven staan.”