Hij begeeft zich in een indrukwekkend rijtje met personen die zich ieder op eigen wijze bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt voor de stad. Sinds een maand mag Tits Bongers (76) zich de 68ste ereburger van Eindhoven noemen. “Gij het ut verdiend, zeggen ze dan. Nou, dat zal dan ook wel zo zijn.” Een verhaal over een supervrijwilliger en zijn liefde voor de stad.
Door Rob Weekers
Tits Bongers zit thuis aan de keukentafel in Tongelre nog na te genieten van alle aandacht die hem afgelopen weken te beurt viel. “En het gáát maar door”, zegt hij met een brede grijs op het gezicht. “Ik word nog iedere dag door mensen gefeliciteerd.” Met trots laat hij de onderscheiding zien die hij kreeg opgespeld tijdens de nieuwjaarbijeenkomst van de Lichtjesroute, waarvoor hij al veertig jaar als coördinator actief is. Een bijbehorende plaquette waarin zijn naam en verdiensten zijn gegraveerd, blinkt als een spiegel. “Da’s toch wel bijzonder, hoor.”
Kwartje valt
Toen Tits tijdens die nieuwjaarsborrel burgemeester Jeroen Dijsselbloem ontwaarde, had hij geen flauw idee dat deze speciaal voor hem aanwezig was. “Ik dacht nog: die komt hier samen met de vrijwilligers lekker een pilsje pakken. Dat pakte net wat anders uit”, blikt Tits terug. “Het kwartje viel pas toen ik opeens mijn kinderen, kleinkinderen en andere familieleden zag. Toen wist ik: ik ben wéér aan de beurt.”
Waarvan akte, want in 2002 werd Tits koninklijk onderscheiden en mocht hij zich Lid in de Orde van Oranje Nassau noemen. Ook ontving hij al eerder de Vrijwilligerspenning. “En telkens hebben we hem op het verkeerde been gezet”, lacht echtgenoot Riekie, die in het complot zat om de nietsvermoedende Tits naar het onderkomen van de Lichtjesroute te lokken.
Waslijst
Het ereteken is de hoogste onderscheiding van de stad, toegekend als dank voor uitzonderlijke verdiensten voor de Eindhovense gemeenschap. In het geval van Tits is dat een hele waslijst. Als vrijwilliger heeft hij in de loop van de jaren een indrukwekkende staat van dienst opgebouwd bij onder andere Open Jeugdwerk Eindhoven, zangvereniging Boeremoeske, en ook is hij sinds jaar en dag actief in het Eindhovens carnavalsleven, en natuurlijk de Lichtjesroute.
“Samen iets maken waar een ander plezier aan beleeft, dat is het mooiste wat er is. Mensen bij elkaar brengen, een team samenstellen als er klussen moeten worden geklaard. Dat ligt me wel. En ik ken natuurlijk ook veel mensen, dat scheelt een stuk.” Riekie: “Je moet niet met hem naar de stad gaan, want dat kost je uren, zoveel mensen die hem aanspreken”.
Spil
Goedbeschouwd is Tits Bongers bij de Lichtjesroute de spil waar alles om draait, al zou hij dat nooit zelf zo omschrijven. Tot 1969 nam de Lichtjesroute een vaste plek in op de kalender van Eindhoven. Vanaf dat jaar werd besloten om de route eens in de vijf jaar te houden. In 1974 gooide oliecrisis roet in het eten, en stierf de Lichtjesroute een stille dood. Een advertentie in 1983 in Groot Eindhoven waarin vrijwilligers werden gevraagd om het evenement nieuw leven in te blazen, was aan Tits welbesteed. “Samen met vijf anderen pakten we de draad weer op”, blikt hij terug.
Was de hernieuwde Lichtjesroute in 1984 nog bescheiden van karakter, afgelopen jaar tijdens de herdenking van 80 jaar bevrijding, werd flink uitgepakt. “Toen trokken we rond de 200.000 bezoekers”, zegt Tits. “Ongelooflijk. Dat het in de loop van de jaren zo’n succes is geworden, had ik nooit kunnen denken. Daar ben ik echt trots op. Dat mensen me zien als kartrekker, daar herken ik me wel in. Maar ik doe het niet alleen hè. Er zijn nog veertig andere vrijwilligers die ook allemaal hun steentje bijdragen”, zegt Tits met gepaste bescheidenheid.
Afspraakje
Hoewel Tits zich ereburger van Eindhoven mag noemen, liggen zijn wortels in Geldrop. Riekie komt uit Gestel. “Ik ben een echte Blauwbuik.” De twee ontmoetten elkaar eind jaren zestig in de tijd dat Tits werkzaam was als vrachtwagenchauffeur.
“Bij een beddenwinkel in de Hoogstraat leverde ik regelmatig matrassen af. Daar werkte ook Riekie’s vader. Riekie kwam er wel eens over de vloer, en van lieverlee raakten we aan de praat”, vertelt Tits. “Uiteindelijk hebben we een afspraakje gemaakt”, vervolgt Riekie. “Tits stelde voor dat hij op de hoek van de straat op me zou wachten, zo ging dat vaak in de tijd. Nou, mooi niet! Je haalt me maar thuis op, zei ik.”
Allemaal meisjes
Het klikte, en na een kleine drie jaar verkering stapten de twee in 1970 in het huwelijksbootje. Riekie wilde het liefst in Eindhoven blijven wonen, maar daar dacht Tits anders over. “Ik ga pas in Eindhoven wonen als het de fietsenstalling wordt van Geldrop”, heette het resoluut. Dat viel in de praktijk mee, en het stel vond een huis in Stratum. Na wat verhuizingen werd een woning in Tongelre gevonden, waar Tits en Riekie al meer dan 50 jaar hun thuis hebben. In 1973 werd daar dochter Mandy geboren, en niet veel later volgde dochter Esther. Tits: “Inmiddels zijn we gezegend met drie kleinkinderen, ook allemaal meisjes”.
Liefde voor de stad
“Toch nog niet zo’n slecht idee om in Eindhoven te gaan wonen, hè”, plaagt Riekie. Tits: “Ik ben van de stad gaan houden, en meer nog van de mensen die er wonen. Ik heb tijdens mijn vrijwilligerswerk zoveel mooie mensen ontmoet.” Het is een van de redenen waarom vakanties niet aan Tits zijn besteed. “Een terrasje pikken, wat ouwehoeren met bekenden, dat doe ik veel liever. Laat mij maar lekker in Eindhoven blijven. Hier vermaak ik me honderd keer meer dan in een of ander ver resort.”
Flinke tik
Niet altijd hadden Tits en Riekie de wind in de rug. In 2000 kreeg Tits een hartinfarct. “Dat was een flinke tik”, blikt hij terug. “Gelukkig ben ik daar helemaal van hersteld.” Recenter is de rampspoed die Rieke overkwam. Twee maanden geleden brak ze haar schouder. “Net toen ik een bruiloftsfeest wilde bezoeken”, zegt ze. “Ik stond op punt om over de drempel van de feestzaal te stappen, en toen ging het mis. Ik maakte een flinke smak en viel letterlijk met de deur in huis.”
Een operatie volgde, en met de revalidatie gaat het inmiddels de goede kant op. De afgelopen weken was Tits dan ook fulltime mantelzorger voor zijn vrouw. Voor een druk baasje dat vaak buitenshuis te vinden is, was het even omschakelen. “Ik heb het met veel plezier gedaan, hoor. Koken, wassen, boodschappen doen, zolang ik maar iets om handen heb, vind ik het best. Met het vrijwilligerswerk wil ik zeker nog een tijdje door. Stilzitten, da’s niks voor mij.”