Je huis verkopen, je spullen achter je laten, en het avontuur tegemoet. Maar weinigen durven het aan om een sprong in het ongewisse te wagen. Geen vast plan, geen einddatum, maar het avontuur omarmen. Frank van der Meulen doet het. Nog een paar maanden en de Eindhovenaar trekt met een tot rijdend huis verbouwde vrachtwagen naar het zuiden van Europa. “Je kan bezitten wat je wil, het gevoel van vrijheid is onbetaalbaar.”
Door Rob Weekers
Frank van der Meulen, telg uit een bekende ondernemersfamilie, heeft zo’n beetje motorolie door de aderen stromen. Eind negentiende eeuw legde Joseph Lambertus van der Meulen met zijn garagebedrijf Van der Meulen-Ansems de basis van later zou uitgroeien tot begrip, en wat in onze regio uiteindelijk de basis zou leggen voor Automotive. Wie in Eindhoven op zoek was naar een adres voor Ford en Citroën vond als snel een Van der Meulen op zijn pad.
De liefde voor auto’s en techniek heeft Frank van der Meulen dan ook niet van een vreemde. Wat zijn ogen zien, kunnen zijn handen maken. ”Lekker een beetje sleutelen, bijna niets dat ik fijner vind.”
Voordat Frank zijn boeltje pakt, moet er nog wel water onder de brug. “Gelukkig heb ik nog even om aan het idee te wennen, én om in gedachten alvast afscheid te nemen van de plek waar ik woon, en aan verknocht ben.”
Begrijpelijk, want Frank bewoont aan de Oude Urkhovenseweg in Tongelre het oudste huis van Eindhoven, dat stamt uit 1505. In vroeger tijden werd het gebruikt als leerlooierij. Het Leerlooiershuisje, zoals het nu bekend staat, maakt deel uit van domein ’De Merckthoeve’, en bestaat naast een behoorlijke lap grond uit onder andere een langgevelboerderij en een boerderij, die allen op de gemeentelijke monumentenlijst staan.
Luiken dicht
In de woonkamer van Eindhovens oudste huis ligt hond Champie (“een vuilnisbakje”) heerlijk te slapen in zijn mand. “Normaliter zijn de luiken naar beneden”, zegt Frank. “Zo’n oud huis heeft veel charme, maar in de winter is het nauwelijks warm te stoken. Om de warmte een klein beetje binnen te houden, houd ik alles dicht. Dan is het hier best donker. Maar ik ben toch meestal op pad, of bezig in de garage, net waar ik zin in heb. Soms kan ik obsessief met iets bezig zijn. Een baan van 9 tot 5, veertig jaar lang op hetzelfde kantoor? Ik kan me er niets bij voorstellen, past ook totaal niet bij me”, zegt Frank.
De markante Eindhovenaar kan nauwelijks wachten om met zijn huis op wielen een nieuw hoofdstuk van zijn leven te beginnen. Al valt het idee om afscheid te nemen van de Merckthoeve Frank nu al zwaar. Net als zijn drie kinderen die hij een hele tijd niet gaat zien. Met de bezittingen die hij achterlaat, heeft hij minder moeite. ”Ik heb niks met spullen. Je kan bezitten wat je wil, het gevoel van vrijheid is onbetaalbaar.”
Klussen
Hoe zijn dagen er on the road precies uitgaan zien? Frank van der Meulen heeft niet echt een idee, wel een vaag vermoeden. “Ik neem al mijn gereedschap mee, rijd bij mensen het erf op, en vraag of er nog iets te klussen valt. Niet voor geld, maar voor wat eten en drinken. Mooie ontmoetingen, daar hoop ik op, zie wel waar ik uitkom. Wat heb ik te verliezen?” Frank van der Meulen vraagt het zich hardop af. Een antwoord op de vraag laat niet lang op zich wachten: “Helemaal niets! Als je het niet probeert, weet je het niet. Dus ik ga het doen.”
Frank van der Meulen, geboren op de Wal in het centrum, is op zijn plek in Tongelre. “Ik heb wel even moeten wennen toen ik hier 23 jaar geleden kwam wonen”, zegt hij. “Jij bent niet van hier hè”, kreeg ik vaak te horen. “Dat ik een rasechte Eindhovenaar ben, deed niet ter zake. ‘Wij zijn Tongelre, da’s hier anders’. Ik kan het inmiddels waarderen, hoor. Tongelre kent een unieke, rijke geschiedenis. Dat de Merckthoeve daar een belangrijk deel vanuit maakt, is prachtig. Een voorrecht om hier te wonen”, zegt Frank.
Nieuwe bewoners
Als alles volgens plan verloopt, krijgt De Merckthoeve in juni van dit jaar nieuwe bewoners. Een aantal mensen gaat er in de vorm van een zogeheten CPO (Collectief Particulier Opdrachtgeverschap) wonen. “De ruimte die ik nu gebruik als garage wordt dan iemands woonkamer, da’s best een leuke gedachte”, zegt Frank. Nu staat er nog het karkas van een Citroën 2CV. De ‘eend’ is een van de projecten waar Frank van der Meulen met hart en ziel aan werkt.
Galerage
De garage was tot voor kort het kloppend hart van een plek waar dochter Ronja feesten en partijen organiseerde, en waar restaurant de Galerage (een samentrekking van ‘galerie’ en ‘garage’) enkele jaren onderdak vond. Een motorblok dat in een hoek staat en waar enkele flessen wijn uitsteken, herinnert nog aan die periode. Net als de keuken even verderop in een bijgebouwtje. “Die wordt compleet gesloopt”, zegt Frank. Via een doorsteekje gaat het naar een gang waar de ramen aan weerszijde uitzicht bieden op de binnenplaats. Aan een kant is de voorkant van een Mini te zien die door Frank is omgebouwd tot barbecue. “Vinden de mensen leuk”, grinnikt hij.
Een eindje verderop (“Welkom in het labyrint”) bevindt zich een gebouwtje waar een wel heel bijzondere auto is gestald: een gerestaureerde Citroen DS Cabrio uit 1971. Frank: “Uniek in zijn soort, en voor het grootste deel door mijzelf gebouwd.” De auberginekleurige Snoek is een plaatje om te zien. “Gemaakt van originele onderdelen”, licht hij toe. Al zijn de stoelen dan wel bekleed met speciaal leer dat door Ferrari wordt gebruikt, en dat Frank uit Italië heeft laten overkomen.
Jos kijkt mee
Meer dan 1.500 uur heeft hij in het cabrioproject gestoken. Speciaal zijn de gele koplampen die ooit hebben toebehoort aan een Citroën DS van zijn overleden broer Jos. “Als ik in mijn auto rijd, heb ik toch een beetje het gevoel dat hij met mij mee over de weg kijkt”, zegt Frank, die veel bekijks heeft als hij met zijn pareltje toert. “Een beetje teveel”, relativeert hij. “Na de zoveelste opgestoken duim weet ik het wel. Aan de andere kant: de DS is een auto met karakter, en met een unieke vormgeving, de auto’s van tegenwoordig zijn toch een beetje een eenheidsworst.”
Geen wonder dan ook dat de DS in een zogehen auto-ambulance mee gaat op reis. Maar eerst moet de vrachtwagen, een DAF, die dienst gaat doen als nieuw onderkomen van de Eindhovense paradijsvogel tip-top in orde worden gebracht. ”En dan weg, eindelijk...”