Men neme een carnavalsgek en een Philipsfanaat met allebei een liefde voor Eindhoven, et voilà: een nieuw initiatief is geboren! Rosemarie van den Bongard en Rick Vermulst zorgen er zaterdag 1 maart voor dat Fritske unne sjaal krijgt! Een ludieke actie als eerbetoon aan Frits Philips. Ben jij erbij?
“Ik liep vorig jaar tijdens carnaval middenin de nacht over de Markt, zag het standbeeld van Frits Philips en dacht: hij staat er eigenlijk maar een beetje zielig bij, zo met zijn neus tegen die tent aan. Daar moeten we iets aan doen. Philips is nota bene het fundament van Eindhoven”, vertelt carnavalsfanaat en Lampegatse Leutdichter Rosemarie.
Ze sprak erover met Rick, die ze van haar werk kent, en dat was niet aan dovemansoren gericht. Rick is namelijk Philipsgek pur sang. Hij werkt als vrijwilliger bij het Philips Museum én was initiatiefnemer van het standbeeld van Gerard Philips op Strijp-T. Niet voor niets draagt hij tijdens carnaval de titel: Philips-kenner en Grootvorst van het Gloeilampenverleden.
Tussen de mensen
De twee waren het dus roerend met elkaar eens: tijdens carnaval moet er iets speciaals gebeuren bij het standbeeld van Frits Philips op de Markt. “Eens temeer omdat Meneer Frits een echte carnavalsvierder was: hij was lid van De Bolhoedjes en d’Haône. En hij stond altijd tussen de mensen, ongeacht rang en stand. Dat past bij de gedachte van carnaval: ook dan vallen rangen en standen weg. Iedereen gaat op in het feestgedruis en wie je bent, is helemaal niet relevant.”
Programma
De ceremonie rondom ‘Fritske krijgt unne sjaal’ begint carnavalszaterdag om 11 over half 1 bij het standbeeld op de Markt. “Rick verzorgt een prachtige toespraak en daarna is er een officieel moment waarbij we de Lampegatse sjaal omhangen.” Het ludieke initiatief duurt zo’n 11 minuten: “Om 11 over 1 begint de optocht en dan willen we gewoon lekker langs de route staan.”
Leuk weetje: de familie Philips is op de hoogte van dit eerbetoon. “Ze reageerden heel enthousiast en natuurlijk zijn ze ook uitgenodigd. Ik verwacht niet dat ze erbij zijn, maar zeg nooit nooit.”