Er is veel troep op TV. Maar soms zap je tegen een pareltje aan. Zo zag ik toevallig een Belgische journaliste, die dwars door Amerika reisde om te achterhalen hoe jonge Amerikanen de toekomst zien. En wat de nieuwe generatie verwacht van president Trump. In haar programma werd duidelijk dat het contrast in het land groot is. Arme en rijke, optimistische en pessimistische, activistische en onverschillige jongeren leven soms letterlijk op een steenworp afstand van elkaar.
De journaliste belandde bij twee inheemse zussen, die in de bergen woonden. Tot voor kort een natuurlijke omgeving, nu wordt er naar olie geboord. Met veel directe gevolgen voor de waterbronnen waar de lokale bevolking gebruik van maakt.
Kanker werd in twee jaar tijd dagelijkse realiteit in de omgeving. Steeds meer inheemse bewoners trekken weg, omdat het ecosysteem ontregeld is.
De zussen waren kwaad. Hun bergen, waarmee ze altijd met respect omgingen door alleen te gebruiken wat ze nodig hadden, maken nu ineens onderdeel uit van een kapitalistisch systeem dat alleen om dollars draait. Ze waren verdrietig.
Dat moeder natuur zonder enige vorm van respect of bewustzijn vernietigd wordt. En ze hadden gelijk.
We zouden ons meer bewust moeten zijn van wat we vragen van moeder natuur. Niet omdat politieke partijen of wetenschappers dat willen.
Maar omdat we onze kinderen en kleinkinderen niet op willen zadelen met de restanten van ons slechte gedrag.
De ramadan is deze week begonnen.
Een maand van vasten en oog voor minder bedeelden. Maar ook: een maand van bezinning.
Mijn bezinning richt ik deze keer op hoe ik mijn eigen troep opruim, voordat ik heenga.