22 Jaar fijne muziekskes van Dolle3s & The Tony’s
Dé Koning van ’t Lampegat, Dolle3s & The Tony’s, bestaat 22 jaar! Een carnavalesk jubileumjaar met een gouden randje, want opnieuw wisten deze muzikale Lampegatters afgelopen januari het Liedjesfist te winnen. Daarmee komt de teller op zes overwinningen. “Ons belangrijkste doel? Plezier maken met een clubje vrienden, een leuk liedje uitbrengen en daar gewoon heel veel lol mee hebben.”
Door Marjolein van Hoof
’t Is Mar Vur Effekus da ik oe efkes kus… Jij! Jij hebt die lach in je ogen… Zing met me mee door m’n Lampegat… Ben je een beetje Lampegatter? Grote kans dat je deze, en de andere carnavalskrakers van Dolle3s & The Tony’s zo meezingt.
Al 22 jaar leveren de heren elk jaar minimaal één nieuw Lampegats liedje af. “Inmiddels hebben we een cd vol. We zijn gewoon hartstikke trots dat we zoveel nummers hebben”, aldus Andries Velzel, oftewel Dolle3s in hoogst eigen persoon. Hij wordt bijgestaan door zijn Tony’s: Martijn Snep, Geert-Jan van Bakel, Joost Allers, Niek Schut en Patrick van der Looy.
Toetjestasser
Zijn eerste carnavaleske stappen zette Dries niet in Lampegat, maar Lappegat (Geldrop). “Op Zesgehuchten ben ik als Toetjestasser begonnen.” Toetjes wat? “De Toetjestassers was een carnavalsvereniging daar”, lacht hij. “De naam verwijst naar het weverijverleden in Geldrop. Een toetje is dat deel van een weefgetouw waar het touw omheen zit.”
Op zijn zesde gingen Dries’ ouders uit elkaar en streek zijn vader neer in Eindhoven. “Daar voetbalde ik buiten op straat en leerde ik Martijn Snep en zijn broer Robert kennen. We werden beste vrienden. De familie Snep vierde altijd carnaval in Stratum - bij Hotel Palermo en Café Casino - en dan gingen we als knulletjes mee. Later, als tieners, gingen we natuurlijk zelf op pad. We waren een jaar of 17 toen we besloten om allemaal een instrument mee te nemen en te gaan dweilen. Niek en Martijn met trompet, Geert-Jan had een trommeltje en ik een wasbord. Dat jaar hebben we een paar kroegen op stelten gezet en als beloning was er een blaadje bier voor de kapel. Toen ontdekte ik hoe leuk het is om met een clubje muziek te maken.”
Voorop
Het duurde nog wel even voordat Dries zijn eerste carnavalsnummer schreef: “Ik was een jaar of 25. In de trein naar Utrecht, op weg naar mijn werk, kwam ineens een tekst in me op: Ik ben veul liever jou kwijt als m’n autosleutels. ’s Avonds kroop ik achter de piano en nam het op. Ik belde Martijn: Ik heb een carnavalsnummer geschreven, daar moeten we iets mee doen.”
En zo geschiedde. Een oude vriend had een zolderkamerstudio in Den Bosch. “Martijn had al ervaring als zanger bij de band Eighty-Eight en dus vroeg ik hem op weg naar de studio: Ken je de tekst al een beetje? Hij antwoordde: Hoezo ik? Jij gaat het nummer zingen. Met carnaval ga jij voorop. Terugkrabbelen kon natuurlijk niet. Ik heb het wel tien keer ingezongen en daar hebben ze wat van weten te maken.”
Rommelpot
“Het eerste jaar mochten we hier en daar optreden, maar dat viel niet mee. Mensen kenden ons nog niet. In het begin was het echt duwen en trekken”, herinnert Dries zich.
De bekendheid nam toe toen ze een jaar later voor het eerst meededen aan De Rommelpot, de voorloper van het Liedjesfist. “We werden tweede met het nummer Trouw Met Mij. Ik trad op in een trouwjurk, bovenop een kratje bier, tussen het publiek. We hebben zoveel lol gehad.”
Ook de tekst voor dat nummer ontstond spontaan: “Op de fiets naar Eindhoven. Ineens bedacht ik: Trouw met mij, trouw met mij, trouw met mij, want ik ben knap en ik ben rijk en ik ben vrij…gezel”.
De mannen hadden de smaak te pakken en sindsdien hebben ze elk jaar minimaal één nieuw Lampegats nummer geschreven en namen ze geregeld deel aan de verkiezing van het beste Eindhovense carnavalslied. Afgelopen januari wonnen ze dat voor de zesde keer met het nummer ‘Elke Dag Carnaval’.
Spontaan
“De meeste liedjes ontstaan spontaan: dan schrijf ik iets op, of Martijn. De tekst voor Jij heeft bijvoorbeeld Martijn bedacht. We deden mee aan een zaalvoetbaltoernooi en ineens rent hij op me af en zegt: Dries, Jij heb die lach in je ogen! Ik snapte het niet. Dat wordt ons nieuwe nummer!”
Als het idee er eenmaal is, dan werken de twee vrienden het verder uit: “Soms gaat dat vlot, soms totaal niet. Mathijs van de Ven heeft ons jarenlang heel fijn geholpen in zijn studio. Sinds hij in Rotterdam zit, werken we samen met Manfred Jongenelis. Hij is laatst door BumaStemra verkozen tot beste producer van Nederland: geweldig!”
De aanpak van de mannen werpt zijn vruchten af: niet voor niets is Dolle3s & The Tony’s razend populair in Lampegat. “We hebben het enorm naar ons zin in Eindhoven. Soms kriebelt het om een algemener nummer te schrijven en onze pijlen een keer buiten de stadgrenzen te richten. Dat we ook de periferie van Eindhoven kunnen raken, de dorpen eromheen. Wie weet”, zegt Dries geheimzinnig.
Plezier
“Tegelijkertijd ben ik een bescheiden jongen. Ik zing gewoon een liedje en vind het fijn als mensen ernaar luisteren en dat ons clubje plezier heeft. Dat laatste is het allerbelangrijkste. En als mensen onze nummers dan meezingen: dat vinden we echt heel gaaf!”
Warme herinneringen heeft Dries aan een optreden in de tent op de Markt: “Toen Guus Meeuwis ons naprogramma was”, knipoogt hij. “Zo’n duizend man zwaaiden hun armen van links naar rechts op ons nummer ’t Is Mar Vur Effekus. Dat was echt te gek! En zo hebben we heel veel mooie optredens mogen meemaken.”
Maar het mooiste concert moet nog komen, volgens Dries. “We staan 26 februari in het Muziekgebouw tijdens Phil Carnavalesk. Briljant dat we met een orkest als PhilZuid mogen optreden. We zijn echt heel erg vereerd dat ze ons daarvoor gevraagd hebben.”
Da gevoel
“En verder kijken we heel erg uit naar onze komende optredens in Lampegat. Uiteindelijk draait het allemaal om da gevoel van carnaval. Voor mij is dat samen met mijn vrienden muziek maken en de verbintenis met al die Lampegatters. Met carnaval zet je je hart open, heb je zin om feest te vieren en ben je blij. Het is warm en gezellig, en ja: dan heb je alle ingrediënten bij elkaar om de mooiste vriendschappen te laten ontstaan. Dat is heerlijk.”