Lukt het ons nog een gastvrije samenleving te zijn? Zijn we bereid het vreemde, het andere, het onverwachte in ons leven toe te laten? Willen we eigenlijk nog wel met dingen in het leven worden geconfronteerd die we niet zelf hebben gekozen? Verdringt onze keuzevrijheid onze gastvrijheid? Met deze vragen werd ik onlangs geconfronteerd door een filosoof. Zijn stelling was dat onze keuzevrijheid de gastvrijheid verdringt. Want in een samenleving waarin de keuzevrijheid als het ‘hoogste goed’ wordt verdedigd, zal het vreemde, dat altijd onverwacht verschijnt, steeds minder worden gewaardeerd. Terwijl juist het vreemde, het onbekende zich nu eenmaal niet laat kiezen. Het overkomt je.

Ik herkende veel van zijn stelling. Want in de digitale tijdperk kiezen we zelf op welk moment we welke serie willen kijken. We hebben de keuze om onbekenden op Facebook al dan niet toe te voegen. Ook in ons dagelijks leven laten we ‘toevallige’ ontmoetingen niet meer aan het toeval over. Ik kan me niet herinneren wanneer ik voor het laatst ergens op de bonnefooi naar toe ging, zonder te weten of ik iemand thuis zou treffen.

De conclusie van de filosoof was dat het ons niet gaat lukken om een gastvrije samenleving te zijn, als keuzevrijheid ons hoogste goed is. Wat mij betreft een te somber beeld van onze samenleving. Want ik denk dat wij als mensen nog steeds nieuwsgierig van aard zijn. Onze nieuwgierigheid heeft ertoe geleid dat we veel nieuwe dingen hebben ontdekt. Onze nieuwsgierigheid naar elkaar maakt dat we nog altijd onbekende mensen opzoeken. Zoals met de filosoof, die ik overigens toevallig tegenkwam.

Yasin Torunoglu