Terwijl bladeren massaal naar beneden dwarrelen en menigeen de bladblazer ter hand moet nemen, waren het niet de bladruimers die afgelopen zondag het Stadswandelpark in Eindhoven bezochten. Eerst dacht ik nog dat het mooie weer hen naar dit stukje natuur getrokken had.

Maar al snel bleek via Facebook dat het hier niet ging om wandelaars. Het waren fanatieke spelers van het computerspel Pokémon die met drommen tegelijk maar naar één ding op zoek waren: ‘n figuurtje traceren om hoger te scoren in het spel. Niet mijn ding eerlijk gezegd. Ik bezocht een aantal locaties in het kader van de Dutch Design Week. Het boeit me niet altijd, want van sommige exposities heb ik zoiets van: wat is dit? Wat vooral tijdens DDW opvalt, is dat er ontzettend veel buitenlanders in onze stad aanwezig zijn én.. dat letterlijk alles gefotografeerd wordt. Hoe uniek kan je idee of ontwerp zijn?

Fascinerend vond ik het om in de Campinahal ‘stukjes stof’ in mijn handen te houden waarvan de een je beschermt tegen een kogel en de ander messteken tegenhoudt. Het materiaal was door de ontwerpster creatief verwerkt in draagbare kleding. Ook koeienpoep vermengd met stro als basismateriaal voor meubels trok mijn aandacht. En wat te denken van het zelf recyclen van je afgedankte kleding om deze als tweede leven te gebruiken. Ook nam ik een kijkje op het Stadhuisplein bij Virtual Future Down Town om te ervaren hoe Eindhoven in verschillende tijdsperioden zou kunnen veranderen.

Inspirerend, en dat bevestigde mijn grote ergernis: de binnenstad van Eindhoven is de minst groene binnenstad van Nederland! De boodschap: ‘Vergroening moet hand in hand gaan met grootstedelijke uitdagingen’ en ‘Groen is een belangrijke component voor de groei van de stad, zowel functioneel als beeldvormend’. Nu maar hopen dat Eindhovense ambtenaren in hun vrije tijd ook op pad gaan om hiervan kennis te nemen. Onze binnenstad wordt niet groener door wat plantjes op te hangen, daar is echt iets meer voor nodig: visie, lef en daadkracht!