Onder aanvoering van Steven Bergwijn en Lars Unnerstall heeft Mark van Bommel de laatste strohalm aangegrepen om in het zadel te kunnen blijven als trainer van PSV. Met kunst- en vliegwerk wisten de Eindhovenaren in eigen huis SC Heerenveen te verslaan waardoor de negatieve spiraal van de voorbije weken werd doorbroken.
Is het dan ineens allemaal hosanna in Eindhoven? Nee, het spel in de tweede helft zakte wederom weg naar een voor PSV onacceptabel niveau. Guus Hiddink was als coach altijd fel op het bewaken van de ‘ondergrens’. Als deze maar hoog genoeg ligt, blijf je als topclub in ieder geval altijd in de wedstrijd. Zelfs als de vorm er niet is of als belangrijke spelers absent zijn. Hier wringt de schoen voor Mark van Bommel. Zijn elftal mist een bepaalde vastigheid in technisch en tactisch opzicht.
Het is teveel afhankelijk van de bevliegingen van Malen, Bergwijn en Ihattaren. Het hele fundament van het elftal klopt niet en dat mag de coach zich aanrekenen. Hij gaat prat op het feit dat het elftal altijd volgens dezelfde tactische discipline moet spelen, maar daar schort het juist aan. Tijdens het lopende seizoen kun je hier moeilijk wijzigingen in aanbrengen. Tijdens de winterstop kun je als ploeg wel opnieuw de bakens verzetten. De vraag is of de coach de periode tot de winterstop überhaupt overleeft en of hij bereid is om zijn speelwijze te herzien.
De wedstrijd tegen Sporting Lissabon (donderdag) is een belangrijk ijkpunt. PSV moet er minimaal een gelijkspel aan overhouden om in de laatste groepswedstrijd, tegen Rosenborg, Europese overwintering in eigen hand te houden. Het is voor PSV hopen en bidden dat het trio voorin swingt. Daarnaast mag de technische leiding ook aan de bak om alvast te scouten voor eventuele vervangers. De afgelopen weken hebben duidelijk gemaakt dat PSV zonder de ‘cowboys’ maar een middelmatig elftal is.