Toegegeven, ik was vroeger geen groot fan van de Europese Unie. Ik heb in 2005 tijdens het referendum voor een Europese grondwet tegen gestemd. Want Europa was ver weg en de autonomie van landen moest gerespecteerd worden. Daarnaast wilde ik duidelijk maken dat ik het niet eens was met de koers van het toenmalige kabinet. Ik wilde ook een tegenstem laten horen, omdat Europa ons voor mijn gevoel door de strot werd geduwd. Emoties die bij mensen nog altijd spelen.

Ik ben in de loop van de tijd anders gaan denken. Als student heb ik veel gereisd door Europa. Zo fijn dat je overal gemakkelijk naar toe kunt gaan. Dat je je geen zorgen hoeft te maken over het wisselen van geld. En dat je een gevoel van zekerheid hebt als het gaat om veiligheid, gezondheid en kwaliteit van leven. Met de tijd ben ik steeds meer pro-Europa geworden. Ik vind het nog altijd belangrijk dat wij in Nederland onze eigen wetten en regels vaststellen. Maar er zijn genoeg thema’s waar we op Europees niveau samen kunnen en moeten optrekken. Landen kunnen elkaar economisch versterken, daardoor zijn we een belangrijke speler op mondiaal niveau.

En niet onbelangrijk: na eeuwen van oorlog met elkaar, is er dankzij de samenwerking vrede en rust op ons continent. Afgelopen week waren we met het college van B&W in Brussel, onder begeleiding van de ambtenaren die daar onze belangen behartigen. Zonder dat de Eindhovenaren het weten, profiteren wij namelijk van veel subsidies die uit Brussel komen. Ik besefte tijdens het bezoek nog beter hoe ver Europa voor ons voelt, terwijl het heel dichtbij is. En de chaos van de Brexit schept een nog grotere gevoelsafstand. Omdat we er met zijn allen naar kijken alsof het een televisiesoap is. Terwijl het een nare burenruzie is die uit de hand loopt. En we kunnen helaas niet ingrijpen.

Deze week ben ik meer Europeaan dan ooit.