Oliebollen? Wanneer ik mijn kinderen mag geloven zijn ze mijn specialiteit. Mijn geheim? Goed laten rijzen, geen krenten maar goed gewelde en afgedroogde rozijnen toevoegen en verder geen poespas met sukade, stukjes appel of andere spontane ingevingen.

En zonnebloemolie op de juiste temperatuur verwarmen. Niet te heet, maar wanneer ik het beslag in het vet onderdompel en de oliebol meteen naar boven tjoept, weet ik dat het goed zit. Ook dit jaar hoop ik daarmee te scoren. Een traditie in ons gezin is ook om tijdens het bakken de eerste oliebollen te verdelen onder mijn buren. Gewapend met een schaaltje van pakweg vier oliebollen inclusief poedersuiker werden onze kinderen op oudejaarsdag de buurt ingestuurd. De eerste exemplaren gingen steevast naar de wat oudere bewoners van onze straat.

Ook nu de kinderen de deur uit zijn, heb ik deze traditie in ere gehouden en ik kan het iedereen aanraden. Aan appelbeignets waag ik me niet. Ben er zelf ook niet zo’n liefhebber van. Omdat ik de laatste twee jaren over een grote overdekte veranda aan ons huis beschik, bak ik de oliebollen buiten op een campinggastoestel. Ideaal, want net als bij gourmetten blijft de baklucht van oliebollen hinderlijk lang in je huis hangen. Oudejaarsdag, volgens sommigen een dag net als andere, maar voor mij een dag met een extra dimensie.

Een terugblik, maar vooral ook een blik in de toekomst met dit jaar ook een wens. De slijmbeursontsteking die zich eerst in mijn rechterschouder maar nu ook in mijn linkerschouder openbaart zal verdwijnen. Dit ongemak beperkt me niet alleen in mijn handelingen, maar sloopt ook mijn energiehuishouding. Ik heb me voorgenomen dat mijn oliebollenbaksels er niet onder mogen leiden. Gezondheid en goed in je vel zitten, het zijn zaken die als een vanzelfsprekendheid worden aangenomen, maar eigenlijk godsgeschenken zijn. Je hoeft er niet rijk voor te zijn, want ze zijn niet te koop. Je wordt er wel gelukkig van en dat is dan ook wat ik iedere lezer toewens in 2019: gelukkig zijn.