Het gebeurt niet vaak, dat twee karateka’s uit één stad die beiden bij dezelfde sportschool trainen naar het Wereld Jeugd Kampioenschap gaan. Christopher Huang (15) en Daan Heijmens-Visser (17) is het gelukt. Medio oktober vertrekt het duo naar de Chileense hoofdstad Santiago. (Door Martina Roovers)
EINDHOVEN – Geselecteerd worden voor het WJK is de droom van elke jonge wedstrijdkarateka. Dat is voor Christopher Huang en Daan Heijmens-Visser niet anders. Het vergt echter veel toewijding en hard trainen om dit doel te kunnen bereiken. De jongens trainen van jongs af aan bij Sportcentrum Elhatri in Eindhoven. Christopher startte acht jaar geleden. Daan komt er sinds zijn zesde. Na het zien van de film The Karate Kid vierde Daan een kinderfeestje bij Elhatri. “Ik vond het echt superleuk.” Hij verruilde dan ook snel zijn voetbalschoenen tegen een karatepak. Ook voor Christopher is The Karate Kid een inspiratiebron. “Ik deed hem thuis na.
Daarom stuurde mijn ouders me naar karate. Ik vond het meteen leuk, want het is nooit perfect. De ene keer win je, dan verlies je weer een keer en wil je nog beter worden. Je werkt altijd ergens voor en het blijft je uitdagen.” Het duo vertegenwoordigt Nederland op het onderdeel kata. Christopher als Cadet; Daan als Junior. Een kata is een individuele stijloefening met een reeks vastgelegde bewegingen.
DenkbeeldigKarate kent zo’n zestig verschillende kata, waarbij de karateka tegen een denkbeeldige tegenstander strijdt. Aanvankelijk werd kata ontwikkeld als een manier om technieken te trainen en te perfectioneren. Tegenwoordig is het een wedstrijdvorm, waarbij de uitvoering perfect moet zijn. Inleving is essentieel. De karateka voert niet alleen een serie technieken uit, maar laat zien echt aan het vechten te zijn. Een tegenstander visualiseren hoeft niet, volgens de jongens. “Je moet wel weten waarvoor de techniek is, waarom je een bepaalde stoot maakt. Bovendien raak je gewend aan bepaalde bewegingen.”
KumiteKarate kent ook het onderdeel kumite. Dan vecht je wel tegen een ander. Voor Daan was het nooit een keuze. Zijn moeder vond dat onderdeel te heftig. Christopher heeft wel aan kumite gedaan. “Maar kata vind ik leuker. Er is meer respect. Wanneer er een tegenstander is, zijn er altijd spanningen en die kunnen soms hoog oplopen. Dat vind ik niet prettig. Ik doe de sport omdat ik er plezier aan beleef en niet om spanningen te ervaren.”
Het tweetal vind het erg gaaf dat ze beiden naar het WJK gaan. Ze hebben al wat buitenlandervaring, maar waren nog nooit op een toernooi buiten Europa. Dát ze mogen gaan, is sowieso verrassend. “Ik stond lange tijd tweede”, zegt Daan. “Op het laatste toernooi wist ik bovenaan te komen. Ja, toen was ik best blij.” Hetzelfde geldt voor Christopher. “We vinden het echt geweldig. We kennen elkaar al best lang en kunnen elkaar dus motiveren.”
Ook kennismaken met karate? www.elhatri.nl