Afgelopen zomer behoorden wij tot het deel van de Eindhovenaren dat thuis bleef. Na een enorm drukke periode kon ik een weekje weg nu wel goed gebruiken. We besloten te gaan voor een vertrouwende reis. Een week naar Istanbul en Ankara, waarbij we lekker eten, een beetje rondslenteren konden combineren met fijne tijd met familie en vrienden.
Het was ook een wat beladen reis. Ik zou voor het eerst naar Istanbul gaan zonder dat mijn oma me een dikke smakkerd zou geven op mijn wangen. Zonder dat ik haar liefkozende woorden zou horen over hoe trots ze op mij was. Haar innige liefde voor Nederland zou ze niet voor de tigste keer kunnen vertellen. Want mijn oma overleed deze zomer, tien dagen na de geboorte van mijn dochter, op een respectabele leeftijd.
Ik kon niet bij haar begrafenis aanwezig zijn. Dus dit werd de eerste echte confrontatie met haar overlijden. Afgelopen maanden heb ik vaak aan haar gedacht, ik heb over haar gedroomd, maar gek genoeg had ik nog geen traan gelaten. Ik kon me simpelweg niet voorstellen dat ze er niet meer was.
Het eerste dat ik deed in Istanbul was naar mijn opa gaan. Haar afwezigheid was overduidelijk aanwezig. Haar rokershoest, haar schaterlach en haar enthousiasme waren er niet. Toch voelde ook dat als iets tijdelijks. Het leek wel alsof ze even weg was. Het kwam pas bij mij binnen toen ik aan haar graf stond. De tranen vloeiden rijkelijk. Deze vakantie besefte ik echt dat oma er nooit meer zal zijn.